Er is veel onderzoek gedaan naar hechtingsgedrag en hechtingsstijlen. De manier waarop je als kind gehecht bent aan je moeder, heeft grote invloed op latere relaties. Hoewel je gedurende je leven veilige hechting met anderen kunt ontwikkelen, vormt je moeder de basis. Hechting begint al in de baarmoeder, maar ontwikkelt zich vooral in de eerste weken en maanden na de geboorte.
De mate van hechting kan beïnvloed worden door allerlei omstandigheden: hoe de bevalling verliep, of je ouders klaar waren om een kind te krijgen, of ze blij waren met je komst en of ze een liefdevolle relatie hadden.
- Liefdevol en geduldig reageren op het huilen van de baby.
- Afstemmen op de verschillende behoeftes die zich uiten in het huilen; heeft de baby honger, dorst, is het moe, kan het niet slapen, wil ze vastgehouden worden?
- Blij reageren wanneer het kindje contact zoekt en deze behoefte met blijdschap belonen.
- Zorgzaam, geduldig en liefdevol reageren wanneer het kindje huilt of boos is. Onderzoeken wat de behoefte achter de emotie is.
Hoe ontstaat hechting?
Hechting ontstaat door de afstemming van de moeder op de behoefte van haar baby om verbinding aan te gaan. De kwaliteit van deze afstemming blijkt cruciaal te zijn. Een moeder kan bijvoorbeeld wél oogcontact maken, maar als ze emotioneel niet verbonden is met haar baby, komt haar liefde niet echt over. Het draait om een liefdevolle, energetische afstemming waarin moeder en baby elkaar echt ‘in het hart’ ontmoeten.
Voorbeelden van afgestemde zorg zijn:
- Liefdevol en geduldig reageren op het huilen van de baby.
- Invoelen wat het huilen betekent: honger, dorst, vermoeidheid, behoefte aan nabijheid?
- Blij reageren op contactinitiatieven van het kind.
- Onderzoeken welke behoefte schuilgaat achter huilen of boosheid, en daar liefdevol op reageren.
Wanneer er een voortdurende liefdevolle interactie is geweest en je moeder afgestemd reageerde op je behoeftes en emoties, kun je spreken van een veilige hechting. Je leert dan te vertrouwen dat er voor je gezorgd wordt en dat hulp beschikbaar is wanneer je die nodig hebt. Dit zorgt ervoor dat de wereld als een veilige plek wordt ervaren. Die ervaring heeft een enorme impact op je psychologische en emotionele ontwikkeling. Bij een veilige hechting ontwikkel je:
- Vertrouwen in anderen
- Een gevoel van eigenwaarde
- Het gevoel dat je geliefd bent.
- Een veilig gevoel zodat je de wereld vanuit nieuwsgierigheid kunt gaan ontdekken
- Zelfvertrouwen om de veilige omgeving te verlaten en de wereld te ontdekken
- Sociale vaardigheden; goed contact kunnen maken, zich kunnen verplaatsen in anderen
- Emotionele stabiliteit; emoties goed kunnen reguleren, om kunnen gaan met tegenslag
Gevolgen van onveilige hechting
Een onveilige hechting kan leiden tot:
- Moeite met het reguleren van emoties (zoals angst of boosheid)
- Moeilijkheden in relaties
- Problemen met empathie en emotionele verbinding
- Een overactief of onrustig zenuwstelsel (druk, gespannen, zenuwachtig)
- Angst, paniekaanvallen, of gevoeligheid voor depressie
- Verslavingsgevoeligheid
Hoe weet je hoe veilig je gehecht bent?
Je hebt waarschijnlijk weinig tot geen bewuste herinneringen aan je eerste levensjaren. Hoe kun je dan weten hoe veilig je gehecht bent aan je moeder? Je kunt dit afleiden uit:
- Wat familieleden vertellen over je eerste jaren.
- Of je moeder zelf veilig gehecht was.
- Hoe de relatie tussen je ouders was.
- Of je gewenst en welkom was.
- Of je moeder emotioneel beschikbaar was.
- Of er stress of zorgen waren toen jij geboren werd.
Denk ook terug aan je eigen herinneringen:
- Werd je regelmatig geknuffeld?
- Liet je moeder merken dat ze van je hield?
- Had ze plezier met je?
- Was ze er voor je als je haar nodig had?
- Voelde je je welkom?
Deze herinneringen en informatie kunnen inzicht geven in hoe veilig jij gehecht bent geraakt.
Welke opties heeft een kindje bij een onveilige hechting?
- Zich terugtrekken in zichzelf
Wanneer een moeder niet emotioneel beschikbaar is en ze niet empathisch reageert, maar eerder vijandig of veroordelend op de emotionele expressie en achterliggende behoeftes van het kindje, stopt het kindje met het tonen van zijn/haar behoefte aan hechting. Het kindje gaat de hechting vermijden omdat de afwijzing te pijnlijk is om te verdragen. Want de afwijzing wordt ervaren als een persoonlijke afwijzing; ‘ik doe er niet toe’, ‘ik ben niet goed genoeg’, ‘ik ben een last’ of ‘er is iets mis met mij’. Het gevolg is dat de emotionele behoeftes worden verbannen naar het onbewuste. Hij/zij beleeft de behoeftes niet meer bewust. Deze fragmentatie wordt een fundamenteel onderdeel van de psyché. De behoeftes zijn niet werkelijk verdwenen, ze gaan zich ondergronds kenbaar maken.
Emoties inhouden
Door het gevoel van afwijzing gaat het kindje ook zijn emoties inhouden, want emoties tonen zijn/haar kwetsbaarheid en zijn vaak een uiting van bepaalde behoeftes. Het kindje vermijdt emotioneel contact, sluit zich af en red zichzelf zover mogelijk. Het gevolg van emoties inhouden zorgt voor een stagnatie in de emotionele ontwikkeling. Het kindje leert geen taal te geven aan zijn emoties en heeft moeite de emoties van anderen te begrijpen. Dit heeft een grote impact op latere relaties, zowel vriendschap-, werk- en intieme relaties.
Door zowel het vermijden van emoties als het vermijden van behoeftes, ontstaat er automatisch een op zichzelf gerichte levensstijl en een bindingsangst. Maar de bindingsangst wordt pas ervaren als een ander te dichtbij komt, omdat het ondragelijke gevoel van afwijzing dan wordt geactiveerd.
- Zich vastklampen
In plaats van het vermijdende gedrag heeft een kindje een andere optie, namelijk het totaal tegenovergestelde; vastklampen. Je zou kunnen zeggen dat het kindje dichter bij zijn/haar behoefte blijft, namelijk de behoefte om zich te hechten. Deze hechting is nodig om een gevoel van eigen-waarde en bestaansrecht te kunnen ervaren. Bij een onveilige hechting raakt het kindje in paniek en gaat zich daardoor vastklampen aan de moeder. Het heeft geruststelling nodig en liefdevolle aandacht. Sommige kinderen blijven vasthouden aan hun behoefte aan hechting, ondanks dat deze niet wordt bevredigd. Ze klampen zich vast aan de moeder in een poging liefde en bevestiging te krijgen. De angst om verlaten te worden is groot — voor een baby letterlijk levensbedreigend.
- De Ouderrol innemen
Een kind die de Ouderrol inneemt noemt men in de psychologie parentificatie. Omdat het kindje niet de nodige emotionele verbinding krijgt, gaat het zijn/haar liefde geven, in de hoop op die manier ook liefde en aandacht te krijgen. Het voelt zich verantwoordelijk voor het welzijn van de moeder, uit angst voor verlating, en wordt te jong, te volwassen. Dat kan zich uiten doordat het erop let dat moeder zich goed voelt, een luisterend oor is voor de moeder, voor de andere kinderen zorgt en allerlei huishoudelijke taken op zich neemt. Hij/ zij troost, stelt gerust, geeft advies en helpt. De moeder neemt een kind-rol in. Het kindje leert zijn eigen behoeftes te ontkennen en wordt gewaardeerd en beloont voor zijn/haar hulp. Door de moeder te verzorgen heeft het een gevoel van hechting. Alleen deze hechting is van het kind naar de moeder, terwijl het andersom had moeten zijn. Het kind leert fundamenteel dat het er alleen toedoet als het voor anderen kan zorgen. Het geeft al zijn kind behoeftes op. De rol van verzorger geeft houvast en controle.
Hoe het volwassen leven wordt beïnvloed door onveilige hechting
Mensen met een onveilige hechtingsstijl blijven ook als volwassene vaak last houden van hechtingsproblemen. Vooral in intieme relaties zie je deze patronen terug. Enkele voorbeelden:
- Vastklampen: angst om verlaten te worden, zoeken naar bevestiging, jaloezie.
- Vermijden: moeite met emotionele verbinding, vermijden van kwetsbaarheid, sterke behoefte aan onafhankelijkheid, eenzaamheid.
- Parentificatie: zichzelf wegcijferen, overmatig zorgen voor de ander, moeite met grenzen stellen.
Je kunt ook merken dat je:
- Je partner of vrienden niet vertrouwt.
- Liefde op de proef stelt of overmatig eist.
- Jezelf verantwoordelijk maakt voor het geluk van de ander (of andersom).
- Emotioneel overdreven reageert bij teleurstellingen.
- Moeite hebt met kalmeren of je emoties reguleren.
- Je leven alleen leidt, soms gepaard met ontkende eenzaamheid.
- Je voortdurend op zoek bent naar iemand die voor je kan zorgen, je geruststelt.
- Hulpeloosheid uitdragen en je partner verantwoordelijk maken voor je geluk.
- Je partner veel kritiek geeft waarmee je(onbewust) emotionele afstand houdt.
- Partners aantrekken die of bindingsangst of verlatingsangst hebben, waarmee je samen in een patroon onbewust bevestigd wordt in je angst.
- Het gemis aan hechting in de kindertijd, onbewust afreageren op je partner.
- Je overmatig emotioneel reageert bij teleurstelling.
- Je intimiteit vermijdt, bijvoorbeeld door te dissociëren of altijd druk te zijn.
- Je het dermate belangrijk vindt om onafhankelijk te zijn., dat een relatie geen optie is.
- Je alle kwetsbaarheid vermijdt en een dikke muur of harnas om je heen bouwt.
- Je leeft met de hoop als je genoeg geeft dat de ander van je gaat houden en/of je liefde teruggeeft.
Lees meer over verlatingsangst en bindingsangst
Kun je alsnog veilig leren hechten?
Ja. Ook als je als kind geen veilige hechting hebt ervaren, kun je in je volwassen leven alsnog leren hechten. Dit kan via relaties waarin veiligheid, acceptatie en liefde ervaren worden. Dat kan een vriend(in), familielid, werkgever, collega, buurman of een therapeut zijn. Bij wie voel je je veilig genoeg om je zorgen en verlangens te delen? Bij wie heb je het gevoel dat hij/zij om je geeft, zonder dat je zelf iets terug hoeft te geven?
Vraag jezelf af:
- Bij wie voel ik me veilig genoeg om mijn kwetsbaarheid te tonen?
- Wie geeft mij het gevoel dat ik belangrijk ben, zonder dat ik daarvoor iets hoef terug te doen?
Door die nieuwe ervaringen kun je leren dat het wél mogelijk is om te verbinden. Je leert vertrouwen, ontvangen en liefhebben. Het brengt rust in je leven en opent je hart.
Wil je meer intimiteit en vertrouwen ervaren in relaties?
Vertrouwen begint bij het gevoel dat je op iemand kunt bouwen — dat je niet afgewezen wordt, dat de ander voorspelbaar is, en dat je jezelf mag zijn. Vertrouwen vormt de basis voor een affectieve, veilige relatie. En die basis kun je ook op latere leeftijd nog ontwikkelen
Is je relatie aan het ontsporen?
Heb je meer negatieve gevoelens dan positieve gevoelens ten aanzien van je partner?
Komen jullie steeds weer terecht in eindeloos en zinloze ruzies?
Voel je je steeds meer alleen staan in de relatie?
Probeer je je partner te veranderen zonder succes?
Heb je geen idee wat emotionele verbinding is?
Kom je er samen niet uit?
Ik, Marja Postema, help je graag d.m.v. individuele coaching of relatiecoaching
Neem contact op via het contactformulier voor een gratis kennismakingsgesprek. Dan gaan we kijken wat voor jou of jullie de beste aanpak is.
OPLEIDING EMOTIONEEL MEESTERSCHAP
Voor iedereen die bezig wil zijn met bewustwording en persoonlijke ontwikkeling.
Voor iedereen die behoefte heeft aan verdieping, verheldering en aan het oplossen van hardnekkige patronen.
Voor iedereen die vat wil krijgen op verschillende vormen van conditionering en loyaliteit.
Voor iedereen levert inzicht in de complexiteit van emoties een bijdrage aan je levensgeluk. Emoties zijn belangrijk, want als je niet weet wat je voelt, weet je niet wie je bent, weet je niet wat je nodig hebt, weet je niet wat je blij maakt, heb je geen innerlijk kompas, kun je jezelf niet laten zien, weten anderen niet wie je bent, weten anderen niet wat je nodig hebt, weet je niet wat anderen nodig hebben, mis je diepgang in je relaties, ervaar je geen intimiteit, kun je je ervaringen niet delen en kom je niet tot je recht.
Meld je aan via het contactformulier voor een gratis intake/kennismakingsgesprek
Zowel de opleiding als de coaching is in Amersfoort.