You are here: Home » Artikelen over verdriet » De impact van de dood van een broer of zus

De impact van de dood van een broer of zus

Heb je een broer of zus verloren?

Het verlies van een broer of zus heeft vaak meer impact dan je beseft, of dat nu recent gebeurd is of lang geleden. Vaak ben je in eerste instantie veel meer begaan met het verdriet van je ouders of van de partner en kinderen van je broer of zus, dan met dat van jezelf. Wat het voor jou betekent zet je, meestal onbewust, in eerste instantie aan de kant. Door je aandacht en zorg te richten op anderen, kun je vervreemd raken van je eigen gevoelens. Die gaan als het ware in de wacht staan, om hopelijk later gevoeld te worden.

Op 18 december 1988 verloor ik van de ene op de andere dag mijn oudere broer, Gerrie. Hij was 36, ik was 33 en mijn jongere broer was 30 jaar.

Die zondag zouden we met z’n drieën bij onze ouders gaan eten. Gerrie kwam niet opdagen. We belden naar vrienden, niemand had hem gezien of gehoord. Mobiele telefoons waren er nog niet. We vroegen ons af of hij het was vergeten en ergens anders was, maar dat paste niet echt bij hem. We lieten het los. We woonden alle drie in de stad Groningen. Onze ouders woonden in een plaatsje buiten de stad. Onderweg naar huis gingen we bij zijn appartement langs. Mijn ouders hadden een sleutel meegegeven. Ik ging alleen naar binnen om te checken of hij thuis was. Het was donker, er was niemand. Ik voelde een ijzige kou die me beangstigde, maar waar ik op dat moment geen woorden aan durfde te geven.

We gingen naar huis met de onzekerheid waar Gerrie was. We spraken niet over de optie dat er iets ernstigs gebeurt kon zijn.

Maandagmiddag belde mijn jongere broer. Er stond een foto van Gerrie in de Groningse krant. Hij was dood. Gerrie was op de fiets aangereden door een bus. Hij was onderweg naar voetballen en had alleen zijn sportkleren bij zich. Verder niets. Ze konden hem dus niet identificeren. Vandaar de foto, met de vraag of iemand deze man herkende. Thuis explodeerde een bom.

Een gezin is niet meer compleet als er een broer of zus overlijdt. Ieder gezinslid kan dit verlies op zijn of haar eigen manier ervaren. Voor de broers en zussen is het niet gemakkelijk om hun gevoelens te delen, omdat ze zien en ervaren hoe groot het verlies is voor de ouders. Als ze zelf ook geen plek in hun eigen omgeving hebben waar ze dit verlies kunnen delen dan lopen ze het risico dat ze al hun gevoelens wegstoppen en zich groothouden. Dat kan ook tot gevolg hebben dat broers en zussen elkaar gaan vermijden.

Mijn ouders waren totaal verslagen. Dat was verschrikkelijk om te zien. Ze hadden ook weinig aan elkaar. Mijn vader werd stil en teruggetrokken, mijn moeder huilde veel. Hun verslagenheid was voor mij het ergste om te zien, omdat ik me totaal machteloos voelde.

Na de crematie of begrafenis gaat het leven door. De mensen in je omgeving, vrienden, buren of collega´s, hebben je broer of zus misschien nooit ontmoet. Ze zullen waarschijnlijk zeggen dat het erg is voor je ouders, want het verlies van een kind is het ergste wat je als ouder kan overkomen. De meeste mensen beseffen hoe erg dat is. Maar bij het verlies van een broer of zus lijkt dat besef minder aanwezig. Wellicht draagt dat ertoe bij dat je als broer of zus het verlies daardoor zelf ook minder aandacht geeft.

Hoe belangrijk was je broer of zus voor jou?

De eerstgeborene groeit op binnen een drie-eenheid met de ouders. Wanneer er een tweede kind bij komt kan dat een schokkende ervaring zijn voor het eerste kind. Zijn of haar veilig gewaande leventje, waarbinnen hij of zij alle aandacht kreeg, wordt overhoopgehaald door de nieuwkomer. De aandacht van de moeder gaat vooral naar de nieuwe baby toe. De eerstgeborene moet zich ineens als een grote broer of zus gaan gedragen.

Mijn broer was de oudste, eerstgeborene. Ik kwam na drie jaar als tweede kind op de wereld. Daar was mijn broer niet blij mee. Hij ging mij dwarsbomen en bekritiseren. In zijn ogen kon ik niets en was ik niets. Wat het nog erger maakte was dat ik als blond, lief meisje de aandacht kreeg van de familie en het oogappeltje was van mijn vader. Tot aan de middelbare school hadden Gerrie en ik voortdurend ruzie. We haatten elkaar.

Welke invloed heeft de dood van je broer of zus op jou?

Vanaf mijn middelbare school, eind jaren 60, begin jaren 70, deelden Gerrie en ik onze interesses in het `nieuwe tijdperk`, vooral voor muziek en nieuwe opvattingen over het leven. We waren nieuwsgierig naar een andere toekomst dan die van onze ouders. Mijn jongste broer Martin ging daarin zijn eigen gang. Die heeft natuurlijk ook last gehad van al ons geruzie. Gerrie en ik probeerden Martin partij te laten kiezen, maar daar liet hij zich niet voor gebruiken. Zijn houding was zoek het even samen uit. Maar dat maakte wel dat hij er wat bij hing. Doordat Gerrie en ik samen al het een en ander meegemaakt hadden, kregen we in de loop der jaren een hechte band. Door zijn dood mis ik nu iemand die dit deel van mijn leven heeft meegemaakt. Ik kan erover vertellen, maar omdat ik deze tijd met Gerrie beleefd heb, blijft het een gemis.

Hoe vaak heb je gepraat over de dood van je broer of zus?

Als je er nauwelijks over gepraat hebt hoe kun je dan weten wat de dood van je broer of zus voor je heeft betekent? Het praten begint bij vader en moeder. Willen zij er wel over praten of wordt zijn verlies doodgezwegen. Als je er niet over praat, zo is de veronderstelling, dan is het er niet. Dan voel je de pijn, het verdriet en gemis veel minder. Het is zoals een struisvogel zijn kop in het zand steekt.

Doordat ouders er niet over willen praten gaan de kinderen er vaak ook niet over praten. Dat kan vanuit loyaliteit zijn of een automatisme, omdat ze niet geleerd hebben om over gevoelens te praten. Wanneer je er ook in je eigen omgeving niet over praat, lijkt het alsof het nooit gebeurd is. Hoe moet je dan je gevoelens herkennen en erkennen? Je kan ook denken dat niemand geïnteresseerd is in jouw verdriet, waardoor het je moeite kost om er over te beginnen. Veel mensen beseffen niet dat de relatie met een broer en zus een enorm emotioneel verlies kan zijn.

Ik ben samen met mijn broers opgegroeid in een Gronings gezin. Bij ons thuis werd er nauwelijks gepraat, laat staan dar er gevoelens werden geuit of benoemd. In die zin was het bijzonder dat mijn moeder tamelijk open was over haar verdriet. Mijn vader niet, die verdween naar zijn hobbykamer. Maar omdat we niet geleerd hadden te praten over ons gevoel, was het desondanks voor mijn broer en mij moeilijk, want we waren al veel langer afgesneden van onze emoties.

Er heeft altijd een foto van Gerrie op het dressoir gestaan. Mijn moeder praatte tegen hem en over hem wanneer er een herinnering kwam waar hij deel van was. Dankzij haar is Gerrie altijd onderdeel gebleven van ons leven.

De vanzelfsprekende relatie met je broer en zus.

Je hebt niet gekozen voor je broer(s) en zus(sen). Ze zijn een vanzelfsprekende aanwezigheid, net als je vader en moeder. Als je geluk hebt, kun je het goed met elkaar vinden of met een of twee broers en zussen. En als je veel geluk hebt, klikt het tussen jullie allemaal. Maar er kan ook een gevecht om aandacht zijn geweest of een groot verschil in leeftijd waardoor de oudere kinderen al het huis uit waren toen de jongere kinderen opgroeiden. Een nakomelingetje kan het gevoel hebben een enig kind te zijn.

Er kan een hechte band zijn met één broer of zus die net iets ouder of jonger is of juist met de oudste omdat die als een vader of moeder voor je was.

Als de kinderen het huis verlaten is het maar de vraag of je elkaar regelmatig ziet.

Wij groeiden op als koeien in de weide. Je hoort bij elkaar, maar net als koeien is er altijd een mate van afstand. Ieder kauwt op zijn eigen ding zonder dat er echt contact is. We waren zeker geen knuffel gezin. Waren die er wel in Groningen?

Ik verliet het huis op mijn achttiende, had er niets meer te zoeken en werd au-pair in Londen. Gerrie is nog een keer langs geweest. Dat vond ik fijn.

Toen ik terugkwam heb ik mijn jongste broer Martin gestimuleerd uit huis te gaan. Hij leek een drempel over te moeten. We zagen elkaar niet vaak. Alleen met verjaardagen, sinterklaas, toen er kinderen kwamen en met kerst kwamen we samen.

Je bent altijd verbonden met je familie, ook al zie je ze nauwelijks.

Je familie is een bloedband. Dat zie je heel goed bij kinderen die geadopteerd zijn en die op latere leeftijd op zoek gaan naar hun biologische ouders, zoals in het Tv-programma Spoorloos, omdat ze een leegte voelen. Soms ontdekken ze dat ze dan ook al die tijd broers en/of zussen gehad hebben. De herenigingen zijn altijd erg emotioneel. Dat tekent de diepe verbinding en het gemis als die er niet meer is. De jarenlange afstand heeft de emotionele band niet weggenomen.

Copy-right Marja Postema www.omgaanmetemoties.nl

Inspiratie: Als je een broer of zus verliest. Auteur: Minke Weggemans.

 

Heb je moeite om met emoties om te gaan?

Ik, Marja Postema, help je graag d.m.v. individuele coaching

Neem contact op via het contactformulier voor een gratis kennismakingsgesprek. Dan gaan we kijken wat voor jou de beste aanpak is.

 

Ben je al even bezig met  je persoonlijke ontwikkeling?

Heb je behoefte aan verdieping, verheldering en aan het oplossen van hardnekkige patronen?

Heb je behoefte aan een persoonlijke en professionele ontwikkeling?

Kijk eens naar de OPLEIDING EMOTIONEEL MEESTERSCHAP 

Zowel de Coaching als de opleiding is in Amersfoort.

 

INTERESSANT ARTIKEL? Wil je het delen met je netwerk?

Marja heeft dertig jaar ervaring in het begeleiden van mensen bij de ontwikkeling van hun Emotionele Intelligentie en het loskomen van vroegkinderlijk trauma. Zij is auteur van het boek 'Emoties wat moet ik ermee?' en 'ABC van 15 emoties'. Marja heeft een effectief stappenplan ontwikkeld dat je helpt om emoties beter te herkennen, te accepteren en te uiten. Ze is getrouwd, heeft een volwassen dochter en woont en werkt in Amersfoort.

https://www.omgaanmetemoties.nl