You are here: Home » Stress en trauma » Het “oplossen” van vroegkinderlijk trauma

Het “oplossen” van vroegkinderlijk trauma

 

 

 

 

Hoe het normaal doorlevende zelf de getraumatiseerde delen kan helpen.

Het normaal doorlevende zelf is het deel in jou dat gewoon doorgegaan is met het leven ondanks de nare ervaringen tijdens de kindertijd. Vanuit dit deel ben je in staat gebruik te maken van de prefrontale cortex om de reactiviteit en emotionele impulsen van de trauma gerelateerde delen te managen. Want de prefrontale cortex is verbonden met het vermogen om aandachtig en nieuwsgierig te zijn. Van hieruit kun je rustig nadenken om vanuit een breder perspectief informatie in je op te nemen, zodat het verleden en heden worden gescheiden waardoor projecties worden voorkomen.

Wanneer je overweldigende emoties of heftige lichaamsgewaarwordingen ziet als communicatie van een deel dat reageert vanuit het verleden, is het de kunst om wat afstand te nemen en te proberen te begrijpen wat dit deel ervaart, denkt en voelt. In plaats van je met dit deel te vereenzelvigen door bijvoorbeeld te zeggen; “Ik ben woedend”, zeg je een deel van mij voelt zich woedend.

Dit is een vaardigheid die je kunt ontwikkelen. De vaardigheid om het komen en gaan van de delen op te merken en te onderzoeken door welke triggers bepaalde delen worden geactiveerd. Je kunt jezelf de volgende vragen stellen:

Welk deel verzet zich hier? Bijvoorbeeld een vluchtdeel of een vechtdeel.

Welk deel heeft buikpijn? Misschien het deel dat naar verbinding verlangt.

Welk deel voelt zich aangevallen? Wellicht het deel dat zich waardeloos voelt.

Welk deel voelt zich niet veilig?  Wellicht een klein kindje?

Welk deel heeft moeite om iets te vertellen? Misschien het deel dat zich niet interessant voelt.

Welk deel heeft de neiging om te gaan drinken? Het deel dat niet wil voelen?

De verwarring tussen heden en verleden

Voor getraumatiseerde delen die overmatig waakzaam zijn voor spanning en bedreiging, is het niet raar dat het gevoel van hier en nu vervormd raakt. Het lichaam reageert heel snel en plotseling op een onbewuste trigger en op dat moment ben je weer in het verleden. Omdat het lichaam gespannen wordt en klaar om te vluchten of te vechten ga je ervanuit dat er op dit moment een reële bedreiging is.

Het kan geruststellend zijn om te begrijpen waar deze triggers mee te maken hebben. Welke herinneringen hiermee zijn verbonden. Niet om in detail alles weer te gaan ervaren maar om rationeel inzicht te ontwikkelen, zodat je niet het idee krijgt dat je gek bent of dat er iets mis met je is.

Het normaal doorlevende zelf heeft de vaardigheid om met de delen in gesprek te gaan maar het kan ook besluiten dat het een actie overneemt van een deel dat ergens tegenop ziet. Daarnaast kan het bijvoorbeeld bewust een vechtdeel in zetten om grenzen aan te geven bij mensen die je onder druk zetten.

Wanneer de delen steeds meer vertrouwen krijgen in dit normaal doorlevende zelf kunnen ze tot rust komen.

Hun hele leven hebben de innerlijke kinddelen verlangd naar iemand die hen zou horen, geloven en beschermen. Door dit groeiende vertrouwen hoeven de vecht, vlucht en bevries delen niet meer zo snel in actie te komen. Om zich veilig en welkom te voelen hebben deze delen het nodig om emotioneel en fysiek te kunnen voelen dat er echt iemand is die hen verwelkomt, die blij is hen te zien en die hen kan troosten en steunen. Dit kan het normaal doorlevende zelf doen.

Twee belangrijke menselijke drijfveren zijn de behoefte om ergens bij te horen, hechtingsdrang en de behoefte aan autonomie.

Een verstoorde hechting kan leiden tot een respons van vastklampen. Een verstoorde autonomie ontwikkeling door bijvoorbeeld grensoverschrijdend gedrag van anderen in de kindertijd kan leiden tot een vechtrespons. Vechten is een instinctief beschermingsmechanisme dat je de kracht geeft om jezelf te beschermen.

De angst voor verlies of angst voor nabijheid kan het vechtdeel triggeren om je te beschermen en te behoeden voor de pijn van verlating. De ander wordt bekritiseerd als koud, onverschillig, of neerbuigend met de eis dat diegene moet veranderen. Als boosheid en verontwaardiging zijn opgeslagen in een niet geïntegreerd vechtdeel, kan de woede heel intimiderend zijn, omdat het niet wordt bijgesteld door een juist perspectief, empathie of erkentelijkheid.

Jonge getraumatiserende delen onder de vleugels nemen.

Als een jong deel bang of onrustig is, kan het helpen, door een hand op je hart te leggen, om het te kalmeren. Het is een zorgzame reactie van jezelf gericht op een deel.

Elk deel heeft een eigen perspectief, gevoeligheden en eigen bescherming strategieën. Elk deel kan het lichaam kapen en acties ondernemen alsof het een afzonderlijk persoon betreft. Als er veel verschillende gevoelens je overweldigen probeer eens het volgende:

Kijk eens wat er gebeurt als je met je armen een opvangschaal vormt die groot genoeg is om alle delen te kunnen bevatten, groot genoeg om alle gevoelens, alle verschillende standpunten, impulsen, en behoeftes te omarmen.

Met dit gebaar open je je borstkas en geeft je een fysieke boodschap; Elk deel is welkom. Door ruimte te bieden aan alle delen, geef je hun het gevoel dat ze welkom zijn en kunnen ze zich veilig voelen en gaan ontspannen. Met open armen ontvangen brengt gevoelens over van veiligheid en het gevoel dat je welkom bent.

Onder de vleugels van een normaal volwassen doorlevend deel kan een gehechtheidzoekende deel ervaren dat er iemand is. Met behulp van verbeelding kun je je voorstellen dat een volwassen hand een kinderhand vastpakt of dat een klein kindje door een veilige volwassen persoon wordt opgetild en vastgehouden.  Vervolgens kun je jezelf de vraag stellen:

Hoe is dit voor het volwassen deel om dit kleine kindje vast te houden?

Hoe is dit voor het kleine kindje om vastgehouden te worden?

Het herkennen, erkennen en liefhebben van al je delen

Angstige en verdrietige gevoelens kunnen gerustgesteld worden door warme en troostende woorden en gebaren die ontstaan tussen het volwassen deel en het kinddeel.

Steeds weer opnieuw contact maken met een deel, zorgen voor een moment van herstel en afstemming om vervolgens de band te verstevigen tussen het kinddeel en het volwassen deel is hard werken.

Diep doorvoelde zelfaanvaarding kan alleen ontstaan als de jonge gekwetste delen in het hier en nu de veiligheid kunnen ervaren van deze veilige gehechtheid aan een volwassene.

Het herstellen van de relatie met de getraumatiseerde delen zorgt voor heling. Kan het deel voelen dat je nu bij haar/hem bent? Laat haar/hem weten dat je haar/hem wilt leren kennen en begrijpen wat ze/hij voelt.

Als het normaal doorlevende zelf de beschermende rol kan overnemen dan zal het agressieve gedrag van het vechtdeel niet zo snel meer worden geactiveerd. Afhankelijkheid is veilig als de kinddelen vertrouwen op een zorgzaam volwassen zelf dat binnen hetzelfde lichaam toegankelijk is.

Het is belangrijk om ervoor te zorgen dat er een ervaring van acceptatie, troost, bevestiging en ondersteuning aan jouw delen gaat plaats vinden.

Stel dat het gaat om je eigen kinderen of kleine kinderen van familie of vrienden. Wat gebeurt er met kinderen als je ze negeert terwijl ze overstuur of bang zijn? Dan raken ze nog meer overstuur. Hetzelfde gebeurt met de innerlijke kinddelen als je deze negeert. De innerlijke kinddelen hebben een besef nodig van een stabiele, innerlijke aanwezigheid, iemand die zorg en compassie kan geven. Als je bijvoorbeeld een beschaamd deel beschouwd als een kind van bepaalde leeftijd en je met hem/haar meeleeft vanwege zijn/haar moed en pijn, dan verdwijnt de wil om dit deel te onderdrukken of negeren.

De volgende aandachtspunten zijn hierin belangrijk:

Elke ontredderde emotie, negatieve gedachtegang of fysieke reactie op een trigger definieer je als een reactie van een deel.

Maak een onderscheid tussen de volwassen waarnemer en een getraumatiseerd deel. Vanuit een volwassen waarnemer probeer je het kinddeel te voelen. Hoe is het voor dit kinddeel om te voelen dat jij er bent, om je belangstelling en zorgzaamheid te voelen?

Het is van belang om zowel aandacht en compassie te ontwikkelen voor de getraumatiseerde delen. Hoe voelt het dat jouw zorgzaamheid veel betekent voor de delen?

Ontwikkel de innerlijke wederzijdse communicatie met de delen. Ga niet bedenken wat een reactie zou kunnen zijn maar sta ervoor open en luister dan van binnen wat er komt. Misschien hoor je woorden of voel je een emotie of er komt een beeld of een herinnering. Vraag dan of je interpretatie klopt, of je het goed hebt begrepen.

Besef dat de kinddelen je nog niet vertrouwen want je hebt dit contact heel lang vermeden. Een deel kan zich terugtrekken of niets zeggen omdat het bang is om gekwetst of genegeerd te worden.  Besef dat je heel lang niet wilde weten dat getraumatiseerde delen een deel van jou waren. Heb geduld en probeer het deel telkens weer gerust te stellen dat je het contact wilt herstellen.

Je kunt het deel vragen waar het zich zorgen over maakt en welke behoefte het nu heeft. Meestal zijn de zorgen die delen hebben, bang om fouten te maken, bang dat iemand ze kwaad zal doen, bang om beoordeelt en bekritiseerd te worden, bang om afgewezen te worden of alleen gelaten.

Alle delen hebben bepaalde behoeften; Een vechtdeel kan bijvoorbeeld behoefte hebben aan controle over mogelijke dreiging en behoefte aan duidelijke begrenzingen, waardoor veiligheid wordt gewaarborgd. De positieve bedoeling van het boze deel is de wens om het kwetsbare innerlijke kind te beschermen.

Een gehechtheidzoekend deel verlangt naar liefde en veiligheid. Een angstig deel heeft een gevoel van veiligheid nodig. Een onderwerpend deel heeft behoefte aan autonomie.

Je kunt het verleden niet ongedaan maken maar je kunt de delen wel helpen om veiligheid, zorgzaamheid en verbondenheid te ervaren in het nu.

Het vraagt moed en geduld om een compassievolle relatie te ontwikkelen met delen die zich gekwetst voelen, eenzaam zijn, door woede verteerd worden, bang zijn of zich schamen.

Het volwassen zelf dat normaal doorleeft kan de delen een helende ervaring geven, wanneer het stevig aanwezig blijft en na een overweldigende emotie terug kan komen met compassie voor elk deel dat een traumatisch verleden heeft doorstaan.

Het gevoel van hoop en veiligheid van kinddelen kan onderuitgehaald worden door delen die niemand vertrouwen. Beschermende delen kunnen erg waakzaam zijn en zich wapenen tegen het aannemen van iets positiefs en niet willen dat kwetsbare delen zich blootgeven.

Om in het heden een veilig gevoel te hebben, moet er een gevoelde verbinding worden gemaakt tussen ‘het kind dat ik toen was’ en ‘de volwassene die ik nu ben’.

Verwerking van traumatische herinneringen is geen doelstelling van de TIST methode, maar ze zijn wel bruikbaar als context om compassie op te roepen voor het jonge kinddeel dat eenzaam, bang of verdrietig was en het vertrouwen verloor in een zorgzame liefde van opvoeders. Je kunt de herinnering leren verdragen als datgene wat is gebeurd met het innerlijke kinddeel, terwijl je de stevigheid voelt van je huidige volwassen zelf. Zo voelen zowel de volwassenen als het kinddeel een liefdevolle verbinding met elkaar als een lichamelijke ervaringstoestand. Beiden worden gekoesterd en getroost, beiden kunnen zich ontspannen terwijl ze zich op elkaar afstemmen.

Bron: Innerlijke zelfvervreemding overwinnen na trauma

Auteur: Janina Fisher

Ik heb level 1 van haar TIST opleiding gedaan.

Trauma-geïnformeerde stabilisatiebehandeling is een mooie aanvulling op de methode voice dialogue waarin het werken met delen centraal staat. Hier werk ik al meer dan tien jaar mee. Ben opgeleid als voice dialogue facilitator.

Lees meer over de TIST methode.

 

Wil je verlost worden van de effecten van vroegkinderlijk trauma?

COACHING MOGELIJKHEDEN

Meld je aan via het contactformulier voor een gratis intake/kennismakingsgesprek

 

Ben je al even bezig is met bewustwording en je persoonlijke ontwikkeling?

Heb je behoefte aan verdieping, verheldering en aan het oplossen van hardnekkige patronen?

Heb je behoefte aan een persoonlijke en professionele ontwikkeling?

GEACCREDITEERDE OPLEIDING EMOTIONEEL MEESTERSCHAP 

 

INTERESSANT ARTIKEL? Wil je het delen met je netwerk?

Marja heeft dertig jaar ervaring in het begeleiden van mensen bij de ontwikkeling van hun Emotionele Intelligentie en het loskomen van vroegkinderlijk trauma. Zij is auteur van het boek 'Emoties wat moet ik ermee?' en 'ABC van 15 emoties'. Marja heeft een effectief stappenplan ontwikkeld dat je helpt om emoties beter te herkennen, te accepteren en te uiten. Ze is getrouwd, heeft een volwassen dochter en woont en werkt in Amersfoort.

https://www.omgaanmetemoties.nl