You are here: Home » Artikelen over boosheid » Omgaan met boosheid en conflicten

Omgaan met boosheid en conflicten

Is het goed of fout om boos te zijn

Het is gemakkelijk genoeg om kwaad te worden.

Maar kwaad zijn op de juiste persoon,

in de juiste mate,

op de juiste tijd, om de juiste reden en de juiste manier,

dat is niet gemakkelijk.

Aristoteles (Ethica)

Veel mensen denken dat het uiten van boosheid een destructieve uitwerking heeft op hun omgeving. Anderen zijn juist overtuigd dat het uiten van boosheid constructief en opbouwend kan zijn. De uitspraak van Aristoteles geeft te kennen dat boosheid een complexe emotie is. Je kan gemakkelijk kwaad worden; denk aan al die kleine irritaties, wanneer iets tegenzit of wanneer iemand niet doet wat je wilt.

Maar er zijn ook veel situaties waarin het niet gemakkelijk is om kwaad te worden.

Vooral wanneer je bang bent om iemand te kwetsen. Veel mensen vinden het moeilijk hun ongenoegens rechtstreeks te uiten en sparen hun irritaties op. Een kleine aanleiding kan er vervolgens voor zorgen dat de opgespaarde boosheid, buiten alle proporties naar buiten treedt, met alle schadelijke gevolgen van dien; je spuugt het uit op een vreemde, die jou toevallig voor de voeten loopt of reageert het af op een lid van je gezin omdat het daar veilig voelt.

Het is ook niet gemakkelijk om kwaadheid te uiten op het juiste moment

Dat komt omdat je het wellicht relativeert of denkt dat het toch geen zin heeft. Hoe vaak gebeurt het niet dat je achteraf denkt; ‘ik was eigenlijk boos, maar heb niets gezegd’. Je liet het moment voorbijgaan. Het is niet gemakkelijk om boos te worden om de juiste reden, want veel redenen zijn niet terecht; denk aan boos worden, omdat je je eigenlijk machteloos voelt of omdat je moeite hebt om kritiek te ontvangen.

Aristoteles geeft de complexiteit van deze emotie en het risico op een destructief effect aan.

Maar boosheid heeft zeker ook een constructief effect, het kan je helpen om in je kracht te staan en voor jezelf op te komen. Daarvoor is het wel nodig dat je boosheid op de juiste persoon richt, met de juiste mate, om de juiste reden en op de juiste manier. Een hele kluif.

Boosheid is een oerkracht die je in de eerste jaren van je leven zonder schroom uitte om je te verzetten tegen angst en onlustgevoelens.

Jonge kinderen kunnen nog niet goed verwoorden wat ze voelen, maar kunnen dit des te meer duidelijk maken door te schreeuwen, te tieren en te jammeren. Daarnaast maken ze hun boosheid duidelijk door te schoppen, duwen, trekken, slaan, bijten en dingen kapot te maken.

Onbehagen en angst worden in de jeugd veroorzaakt door intensieve frustraties zoals honger, kou, pijn, verstoring van het eigen ritme en de leefruimte, overbelasting van de zintuigen, beperking van de bewegingsvrijheid, overheersing van de eigen ik door te veel overweldigende nabijheid, ingrijpen van anderen en eenzaamheid. Angst bestaat in deze periode dus vooral uit intensieve gevoelens van onrust. In deze situatie vallen bij de baby angst en agressie tijdelijk nog praktisch samen; datgene wat onbehagen en angst teweegbrengt, brengt tegelijkertijd agressie en woede teweeg.”

Riemann Uit: Het wezen van de angst

Je wordt meestal boos, wanneer je onrechtvaardig wordt behandeld.

Daarnaast ondersteunt boosheid je in het vechten voor datgene wat waardevol voor je is. Dat kunnen je kinderen, partner of je werk zijn, maar ook geloofsopvattingen, principes of ambities. Boosheid geeft je kracht om voor jezelf op te komen en de strijd aan te gaan. Door de krachtige energie kom je makkelijker in beweging en ga je er letterlijk en figuurlijk steviger door staan.

Boris Dittrich is een voorvechter voor homorechten in de wereld. Het onrecht wat homo’s wordt aangedaan, maakt hem boos. Deze emotie geeft hem de motivatie en de energie om tegen dit onrecht te vechten en probleemoplossend gedrag in te zetten:

Dat je geboren wordt zoals je bent met je seksuele oriëntatie in een land waar het politieke systeem zegt: ‘We stellen het strafbaar’. Dat je dan lukraak gearresteerd kan worden, verkracht kan worden in een politiebureau en dat er niemand is die een vinger naar je uitsteekt. Dat je zo weerloos bent, zo totaal overgeleverd aan mensen die het op jou hebben gemunt. Dat vind ik zo onrechtvaardig en zo intens gemeen, dat ik me met al mijn vezels wil inzetten voor de strijd daartegen.”

Uit: Volkskrant, bijlage, 2009

Boosheid werkt constructief, wanneer je haar gebruikt om je grenzen aan te geven.

Dit kan in heel verschillende situaties nodig zijn. Denk bijvoorbeeld aan een verkoper die zich opdringt of een collega die je seksueel intimideert. Grenzen stellen is ook een belangrijk onderdeel van de opvoeding. Dat is voor menig ouder een lastige taak, zeker wanneer je moeite hebt om duidelijk grenzen te stellen. Wanneer je je machteloos voelt, kan dit er uiteindelijk toe leiden dat je alsnog woedend wordt, maar dan niet vanuit kracht maar vanuit machteloosheid. Wanneer je niet duidelijk bent in je grens zullen kinderen jouw grens niet als zodanig ervaren. Terwijl ze juist een sterke behoefte hebben om begrensd te worden, want dat geeft een gevoel van veiligheid.

Om boosheid constructief voor je te laten werken, is het niet altijd nodig om te schreeuwen of je stem te verheffen.

Het gevoel van boosheid kan voldoende zijn om duidelijk en direct te zeggen wat je wel of niet wilt. Op de middelbare school had ik een leraar die ging fluisteren als hij boos was. Maar de energie van zijn boosheid was als een gevaarlijke vlam, die door het fluisteren heen schoot. Hij had geen last van vervelende, ongehoorzame leerlingen.

Jan Marijnissen, ex fractievoorzitter van de Socialistische Partij, geeft aan hoe de energie van boosheid kan werken:

“In de politiek is boos worden gevaarlijk, want dan gaat de emotie met je aan de haal. Je moet proberen de emotie te sublimeren. Boosheid is de engine, niet de auto. Het gaat erom dat je met het stuurwiel richting geeft aan die energie. Dat je niet het toonbeeld van woede wordt, maar het toonbeeld van engagement. En dat ziet er ook anders uit, in het debat en op tv. Stampvoetend achter de katheder staan, dat is het niet.”

Uit: VPRO Gids, 2009

Vanwege de sterke energie kan boosheid een bron van gedrevenheid zijn.

Het kan je ondersteunen, wanneer je een prestatie wilt leveren, zoals bij sport. Of het kan een drijfveer zijn om te bewijzen dat je iets in je mars hebt. Daarnaast kan het je hartstocht voeden, die bijvoorbeeld expressief wordt door middel van kunst. Mijn besluit om mijn eerste boek te schrijven werd voor een groot deel ingegeven door mijn irritaties dat veel boeken over emoties niet te lezen zijn voor een leek. Ze zijn of te wetenschappelijk, te therapeutisch of ze staan vol met voorbeelden uit de literatuur, die lang niet iedereen heeft gelezen of gezien.

Boosheid kan een uiting zijn van frustratie.

Frustratie (frustratio, Latijn voor teleurstelling, verijdeling, misleiding) is een emotionele reactie, die opkomt wanneer je wordt belemmerd in het verwezenlijken van verwachtingen of behoeften. Het is een menselijke behoefte om controle over je leven en dat van je kinderen en huisdieren te hebben. Wanneer het niet gaat zoals je zou willen dat het gaat, raak je gefrustreerd. Wanneer het je bijvoorbeeld niet lukt om een IKEA kast in elkaar te zetten, kun je uit frustratie de kast in elkaar slaan. Door boos te worden geef je uiting aan je frustratie en daarmee lost de frustratie vaak op. Er zijn mensen die snel gefrustreerd raken. Zij kunnen weinig tegenslag verdragen. In de psychologie hebben we het dan over een lage frustratietolerantie. Daarnaast zijn er mensen die veel tegenslag kunnen hebben. Zij hebben een hoge frustratietolerantie. Frustratietolerantie ontwikkel je in je jeugd. Wanneer je bijvoorbeeld in een groot gezin bent opgevoed, waarin je niet altijd je zin kreeg of gekoeioneerd werd door oudere broers of zussen, heb je waarschijnlijk leren omgaan met frustratie. Stel dat je als enig kind bent opgegroeid in een beschermende omgeving, dan zou het kunnen dat je een lage frustratietolerantie hebt. De boosheid die door frustratie opkomt, kun je constructief gebruiken, bijvoorbeeld om in actie te komen. Ze wordt destructief wanneer het ten koste gaat van jezelf en je omgeving.

Woede is als een krijsende baby die om aandacht vraagt. De baby wil dat zijn moeder hem in haar armen neemt en omhelst. Jouw woede is als het ware jouw baby en jij bent de moeder ervan. Alleen maar je woede omarmen, rustig in- en uitademen, dat is goed genoeg.

Thich Nhat Hanh

In de kindertijd wordt de basis gelegd voor het omgaan met boosheid. Het is belangrijk dat kinderen de energie van boosheid leren aanwenden om hun kracht te ontwikkelen. Zo kunnen ze leren de strijd aan te gaan, wanneer dat nodig is. Ouders die laten zien dat ze het ene moment boos op elkaar kunnen zijn en het andere moment gewoon weer plezier met elkaar hebben, geven hun kinderen een waardevolle boodschap mee. Namelijk dat boosheid niet iets is om bang voor te zijn, maar gewoon deel uitmaakt van het leven met elkaar. Het is goed om je kind uit te leggen dat we allemaal weleens boos zijn, maar dat het niet betekent dat pappa niet meer van mamma houdt of andersom. Wanneer je als ouder boos bent op je kind is het belangrijk uit te leggen waarom je boos bent. Hiermee voorkom je dat het kind zich slecht of schuldig gaat voelen. Daarom is het belangrijk om inzicht te krijgen in de achterliggende gevoelens bij boosheid. Kinderen kunnen je behoorlijk met jezelf confronteren; bijvoorbeeld met je onvermogen grenzen aan te geven of met je ongeduld.

Boosheid is constructief wanneer ze je kracht geeft om in beweging te komen.

Ze kan je de energie geven voor jezelf op te komen, dat wat je dierbaar is te verdedigen, je grenzen aan te geven, een prestatie te leveren of frustratie te uiten.

Heb je behoefte aan begeleiding hierbij? Ik help je graag.

Neem contact met mij op via de contactpagina.

Kijk naar de mogelijkheden voor coaching:

Individuele coaching

Copyright: Marja Postema Emotionele intelligentie Academie

INTERESSANT ARTIKEL? Wil je het delen met je netwerk?

Marja heeft dertig jaar ervaring in het begeleiden van mensen bij de ontwikkeling van hun Emotionele Intelligentie en het loskomen van vroegkinderlijk trauma. Zij is auteur van het boek 'Emoties wat moet ik ermee?' en 'ABC van 15 emoties'. Marja heeft een effectief stappenplan ontwikkeld dat je helpt om emoties beter te herkennen, te accepteren en te uiten. Ze is getrouwd, heeft een volwassen dochter en woont en werkt in Amersfoort.

https://www.omgaanmetemoties.nl